donderdag 29 november 2012

Schilders Cobra

Karel Appel

Karel Appel is een veelzijdige kunstenaar: hij is zowel schilder, beeldhouwer als dichter.
Karel Appel 1921- 2006
Hij wordt in 1921 geboren in de Dapperstraat te Amsterdam. In dezelfde stad volgt hij van 1940 tot 1943 zijn opleiding aan de Rijksacademie. Hier ontmoet hij Corneille, met wie hij naar Parijs gaat. Bij terugkeer leert hij Constant kennen. Met z'n drieën richten zij met Anton Rooskens, Theo Wolvecamp en Jan Nieuwenhuys de `Nederlandse Experimentele Groep' op. Later wordt dit Cobra. In 1950 vestigt Appel zich voor langere tijd in Parijs. Later in zijn loopbaan verhuist hij naar New York.

Appel is dus een van de mede-oprichters van de Cobra beweging. Op 8 november 1948 ondertekent hij in café Notre Dame het manifest 'La Cause était entendue' (dit betekent 'De zaak was beklonken'). Een jaar later doet Appel mee aan de grote Cobra tentoonstelling in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Hij maakt speciaal hiervoor twee doeken op groot formaat, waarvan hij één 'Mens en dieren' noemt. Mens- en diermotieven zijn kenmerkend voor de Cobra beweging. Cobra kunstenaars vinden het niet belangrijk om deze exact na te maken. Zij laten de motieven uit hun fantasie komen. Karel Appel was hier altijd erg goed in.

Appel is altijd een doener geweest. Al vóór, maar ook tijdens de Cobra periode experimenteert Appel veel. Hij verzamelt allerlei afvalmaterialen. Met stukken hout, rubber, kurk en ijzer maakt hij assemblages zoals 'Drift op zolder'. Zelfs het luik van zijn zolderraam gebruikt hij voor dit werk.
Appel kijkt niet alleen wat hij kan doen met gevonden voorwerpen, maar experimenteert ook met diverse materialen zoals olieverf, plakkaatverf, aquarel en keimverf (een speciaal soort muurverf). Hij houdt van felle kleuren en maakt de vormen zo eenvoudig mogelijk; in een paar lijnen en vlakken zet hij een figuur, dier of plant neer. Zijn werken zien er vaak kinderlijk uit, zodat Appels stijl ook wel aangeduid wordt als `de volwassen kinderlijke stijl'.
Karel Appel werkt niet alleen in zijn eentje, maar ook samen met andere schilders of dichters. Zo tovert hij met de schilder Constant enorme angstaanjagende dieren en figuren tevoorschijn op de wanden in het huis van Constant.
Na de Cobra tijd smeert Appel de verf steeds dikker op het doek. Hij zet lijnen en vlakken in heftige bewegingen neer. Zijn beroemde uitspraak: "Ik rotzooi maar een beetje an. Ik leg het er tegenwoordig flink dik op, ik smijt de verf er met kwasten en plamuurmessen en blote handen tegenaan, ik gooi d'r soms hele potten tegelijk op." is typerend voor zijn dynamische werkwijze. Er zijn schilderijen van hem die nog steeds nat zijn, waarvan de verf van binnen nog niet droog is.

Schilderijen van Karel Appel

Dit is een schilderij van Karel Appel. Het heet 'Vrijheidsschreeuw'. Het zegt dus nu al dat het een afzetting was tegen het normale. Het kenmerkt zich aan de zwarte contouren en de felle, voornamelijk primaire kleuren die hij gebruikte in zijn kunstwerken. Het was een afzetting tegen de rest, door niet landschapjes en dergelijke te schilderen



Dit is een kunstwerk dat heet 'Vragende kinderen'. Dit was een kunstwerk dat gemaakt werd voor de gemeente Amsterdam, maar de ambtenaren vonden het barbaars, wreed en gewelddadig. Daardoor heeft het 10 jaar onder behang gezeten. Dit was dan ook weer een goed voorbeeld van het protest tegen het normale.


Ook dit is een kunstwerk van Karel Appel. Je ziet weer de zwarte contouren en het veel gebruik van de primaire, felle kleuren. Hij zei altijd dat hij geen levende wezens zoals mensen of dieren schilderde, of in dit geval maakte maar toch is er ook hier weer een duidelijk dier in te zien. Het was niet zoals het hoorde, maar dat typeerde Karel Appel en voornamelijk de kunststroming Cobra.

Georges Collignon

De Belgische kunstenaar Georges Collignon werd in 1923 geboren in Flémalle-Haute. Georges volgde van 1939 tot 1945 kunstonderwijs in Luik. In Luik was hij korte tijd leider van de kunstgroep Realité. Door de grote verwantschap met de Cobra-beweging wordt deze kunstenaarsbeweging ook wel aangeduid als Cobra Realité. In 1943 begint Collignon als figuratieve schilder en later is 1947 begint hij zich te richten op het abstract schilderen. Collignon liet zich ook een met een gedeelte van zijn werk inspireren door Picasso. 

In 1950 krijgt hij met Alechinsky, de 'Prix Jeune Peinture Belge', die voor het eerst wordt toegekend en hij neemt deel aan de beweging "CoBrA' dat staat voor: Copenhagen Brussel Amsterdam. Uit deze drie grote steden sloten schilders aan bij deze kleurrijke schildersstijl.
Collignon illustreerde ook een boekje van de Waalse schrijver Brian Martinoir. Deze uitgave werd opgenomen in het laatste nummer van het Cobratijdschrift. Ook was het werk van Georges Collignon te zien op de Cobra-tentoonstelling in 1951 in Luik.
In 1952 richtte Georges Collignon met anderen de groep Art Abstrait op. Bij deze beweging stond de abstractie in de schilderijen centraal. 
 


In de jaren 60 heeft George Collignon de figuratieve kunst en de abstracte kunst gecombineerd en opnieuw geintroduceerd. Een geslaagd samengaan waardoor ongewone, gedurfde en weergaloze werken totstandkomen. Het wordt een van zijn meest succesvolle periodes. In de jaren 80 blijft hij een voorliefde koesteren voor de tekening.
Zijn gevoel voor de opbouw blijft scherp en zijn penseelstreek is nu wel trillend en dan weer effen, maar Collignon speelt nog steeds handig met de kleurschakeringen (kleur die iets lichter of donkerder is dan een andere kleur). Zijn werklust en verbeeldingsvermogen blijven tot op het laatste moment onveranderd.

In 2002 overleed Georges Collignon waarschijnlijk door ouderdom in zijn eigen huis. 


Georges Collignon 1923- 2002

Schilderijen van Georges Collignon


Collignon (1923-2002), Realité Cobra, 1949 
Dit is een schilderij van Georges Collignon. Dit schilderij is 1 jaar na de oprichting van de Cobra gemaakt. Het schilderij kenmerkt zich aan de cobra door de felle kleuren. Er zijn geen sombere kleuren te zien. De kleur rood in dit schilderij valt erg op en je wordt vrolijk van dit schilderij.Ook zie je goed de omlijningen van de verschillende kleurvlakken. Verder heeft het schilderij een abstracte vormgeving. Je kunt er niets in zien. Het enige wat je ziet zijn de verschillende vlakken. De cobra kenmerkt zich ook aan de simpele vormen. Dit zie je ook terug in het schilderij. Het is niet moeilijk om te maken.


Georges Collignon (1923-2002),
Vives Controverses,
Oil on canvas,
1950

Dit schilderij is gemaakt in 1950 door Georges Collignon. Het schilderij lijkt op het schilderij hierboven, alleen overheerst het rood nog meer. Er zijn nu ook donkere kleuren gebruikt, zoals bruin/zwart. Ook bij dit schilderij staat de abstracte vormgeving centraal. Je kunt er geen persoon, ding of dier in zien. Ook de omlijning die hoort bij de Cobra stijl zie je terug in dit schilderij.












Georges Collignon (1923- 2002),
Peinture N4,
1951

Ook in dicht schilderij uit 1951 staat de abstractie centraal. Je ziet alleen maar vrolijke kleurvlakken en het schilderij lijkt makkelijk te maken. Weer wordt het schilderij duidelijk overheerst door oranje en rood. De vlakken zijn weer duidelijk omlijnt.

In de schilderijen van Georges Collignon staan de kleurrijke kleurvakken centraal. Hierdoor krijgen alle schilderijen een abstracte vormgeving. Elk lid van de Cobra had een duidelijk kenmerk van zichzelf in het schilderij. Bij Collignon was dit dus de abstractie en de vele kleurvlakken.









Guillaume Cornelis van Beverloo, Corneille
Guillaume Corneles Beverloo (1922-2010)
Op 3juli 1922 werd Guillaume Cornelis Beverloo geboren in Luik.  Corneille richtten samen met Karel Appel en de Belgen Christian Dotremont, Joseph Noiret en de Deen Asger Jorn de kunstbeweging Cobra op in Parijs.
Corneille kende na de Cobra nog drie perioden:
- Lyrische, abstracte periode
- Landschappen (geinspireerd door reizen naar Afrika)
- Figuratie: vogels, bloemen en vrouwen kwamen steeds terug in felle en vrolijke kleuren
Corneille werd bekend bij het grote publiek door figuratie. Zijn kunst in deze periode werd niet altijd in dank afgenomen. De figuratie komt terug in de kunststroming van de Cobra.
Met Appel, Constant, Rooskens en Wolvecamp was Corneille Guillaume van Beverloo medeoprichter van de Nederlandse Experimentele Groep (1948), die later dat jaar opging in de CoBrA-groep. In 1950 vestigde Corneille zich in Parijs, waar hij deelnam aan verschillende tentoonstellingen.
Een jaar later ondernam hij een reis naar de Sahara. De diepe indruk die de eerste kennismaking met de woestijn achterliet, vond zijn neerslag in een reeks schilderijen waarin de aarde werd afgebeeld als een door de zon verschroeid lichaam van zand en steen waarop slechts enkele dier- en plantsoorten overleefden. Corneille trok in de daarop volgende jaren nog verder naar Zuid-Amerika, de Verenigde Staten en Midden-Afrika. In zijn doeken, vaak landschappen en steden gezien vanuit ‘vogelperspectief’, kwam meer beweging door de versterking van kleur-contrasten en compacte vormen.



Vanaf de late jaren zestig krijgt Corneille’s werk (schilderijen, gouaches en tekeningen) een figuratiever karakter en treden de grote kleurvlakken op de voorgrond. In een lyrische stijl, die hij niet meer verlaten zal, verhaalt de schilder van wat hij gezien en meegemaakt heeft en schildert visioenen van tropische landschappen en tuinen, bevolkt door planten, dieren en vrouwen.
Inmiddels is Corneille uitgegroeid tot één van de populairste Nederlandse schilders van zijn tijd en geniet zijn werk een grote internationale bekendheid. Op 5 september 2010 overleed hij.
 
Au sein de désert, il y a encore de la place pour les yeux (1949)
 
Dit kunstwerk heeft op een veiling in Kopenhagen in 2006 maar liefst € 281.000 opgebracht!



Egill Jacobsen

De Deense kunstschilder Egill Jacobsen (Kopenhagen, 16 december 1910 - 21 april 1998) is lid van de Cobra-beweging. Jacobsen had een sociaal-realistische schildersstijl. Deze schildersstijl veranderde toen hij in 1932 naar Parijs ging. In Parijs raakte hij onder invloed van Pablo Picasso. Door de invloed van Picasso is Jacobsen zijn eigen expressionistische stijl gaan ontwikkelen, waarin hij veel intense kleuren gebruiken. Zo verdween de realiteit steeds meer naar de achtergrond en nam de expressie steeds meer toe.


Dat zie je goed in dit schilderij. Jacobsen heeft verschillende vakken een bepaalde kleur gegeven. In dit schilderij wilt hij warmte naar voren laten komen, dat herken ik aan het kleurgebruik (oranje, rood, geel). Maar wat hij precies met dit schilderij wilt uitbeelden is niet 1, 2, 3 te zien.

Schilderij: Egill Jacobsen, I rødt og grønt.


 

Bij dit schilderij van Picasso zie je duidelijk de felle kleuren en het expressionisme (het onderbewuste) terug. Je ziet dat het om twee mensen gaat, terwijl de mensen totaal niet op de werkelijkheid lijken. In de andere werken van Jacobsen, zijn ook felle/intense kleuren en expressionisme terug te vinden.

Schilderij: Pablo Picasso, Family portrait.

Dit schilderij heeft jacobsen gemaakt, je zou kunnen zeggen dat picasso de inspiratiebron kan zijn. Je ziet hier de 'mensfiguren' in terug, de felle kleuren de menselijke kenmerken en het expressionisme. Jacobsen wilt met dit schilderij waarschijnlijk een monsterlijk wezen uitbeelden. Te herkennen aan de scherpe tanden, hoekige vormen, rode kleur en vreemde hoofdvormen.

Schilderij: Egill Jacobsen, Rødt objekt II

Niet alleen Picasso maar ook Henri Matisse heeft Jacobsen geinspireerd. Dat zie je bijvoorbeeld goed terug in dit schilderij. Het werk is eenvoudig en kleurrijk. Het zou zo een kindertekening kunnen zijn. Het hoofd is niet goed in verhouding, de achtergrond (zwarte strepen) komen sterk naar voren en het kleur gebruik is simpel. Het schilderij doet mij denken aan een kindje die zijn moeder of tante tekent.

 Schilderij: Henri Matisse, Femme au Chapeau.




Een hele andere inspiratiebron van Jacobsen is de volkskunst van Afrika. Dit onderwerp zie je het meest terug in het werk van Jacobsen. Het afrikaanse masker betoverde Jacobsen door zijn eenvoudige en symboolvormige vorm. Zo tentoonstelde hij in 1936 verschillende afrikaanse maskers aan de hand van foto's.





















Uiteindelijk raakte hij in 1948 betrokken bij de Cobra-beweging. Hiermee was hij van grote invloed op andere Deense kunstenaars.

In 1959 werd Jacobsen hoogleraar aan de Koninklijke Academie Kopenhagen.